Ruim­te­ge­bruik in Den Bosch, nu en in de toekomst

In de omgevingsvisie legt de gemeente haar ambities en beleidsdoelen voor de fysieke leefomgeving voor de lange termijn vast. De concept versie hier besprak de gemeenteraad in januari 2025, voor de zomer wordt de definitieve versie vastgesteld.

Hoe Den Bosch zich nu én op de lange termijn ruimtelijk gaat ontwikkelen staat beschreven in de omgevingsvisie, waar de gemeenteraad deze maand over heeft gedebatteerd. Wat vindt de Partij voor de Dieren van de omgevingsvisie?

Wij lezen positieve ambities in de visie, waarin ruimte wordt gemaakt voor meer groen en een duurzamere economie. Op veel punten lezen wij echter niet zo zeer een omgevingsvisie, maar een omgevingswens. Zo ook op het vlak van de landbouwtransitie en in het wild levende dieren. Deze plannen blijven rijkelijk vaag, onduidelijk is wat de ambities zijn én wat voor rol en doelen van de gemeente zijn. Daarom dienden wij op beide onderwerpen verbetervoorstellen in: hier lees je onze motie over het steviger maken van de natuurwaarden in de landbouwtransitie en duidelijke gemeentelijke doelen en rol hierin en hier lees je onze motie om duidelijke plannen te maken voor het creëren van ecologische verbindingen en een goed leefklimaat voor in het wild levende dieren.

Daarnaast zijn wij het niet eens met het beleid van het gemeentebestuur om geen ruimte te maken voor één of meerdere permanente “rafelrand(en)”, waar creatieve pioniers de ruimte krijgen. De makers en doeners die rafelranden nu en in het verleden kleur hebben gegeven en de omgeving hebben opgewaardeerd, kunnen in veel gevallen niet de vruchten van hun werk plukken. In de omgevingsvisie wordt deze doelgroep beschreven als een “rondreizend circus” dat van plek tot plek om de boel op te fleuren, en dus telkens verplaatst.

Creatieve pioniers zijn van groot belang voor ons culturele klimaat, zij zijn geen een instrument om onaantrekkelijke gebieden te “ontginnen”, de grondprijs omhoog te krijgen, waarna de makers en doeners kunnen vertrekken en projectontwikkelaars de vruchten plukken. Ook hierop deden wij een verbetervoorstel.

Tot slot vroegen wij aandacht voor de gebrekkige financiële middelen voor natuurontwikkeling. Aan groene ambitie én draagvlak hiervoor geen gebrek in de gemeenteraad. Centen worden er echter tot dusver niet voor beschikbaar gesteld en de concrete uitwerking van de groene plannen die er al had moeten liggen, ontbreken. Daarom hebben wij een voorstel gedaan om het stadsbestuur op korte termijn met het uitvoeringsplan te laten komen én hier dan ook de benodigde financiële middelen voor beschikbaar te stellen, zodat de plannen daadwerkelijk uitgevoerd kunnen worden.

Voor onze voorstellen was geen meerderheid in de gemeenteraad. Wel gaf het gemeentebestuur aan in ieder geval met plannen voor ecologische verbindingen te komen in de komende maanden, wat wij nauwgezet in de gaten houden. Voor de zomer ligt de definitieve omgevingsvisie voor aan de gemeenteraad ter besluitvorming.