Schrif­te­lijke vragen CE-rapport klimaat en Klimaat­im­pact­analyse: doen wat nodig is om opwarming van de Aarde te voorkomen


Indiendatum: 4 mrt. 2024

Den Bosch, 4 maart 2024

Betreft: vragen ex art. 71 R.v.O.

Onderwerp: CE-rapport klimaat en Klimaatimpactanalyse: doen wat nodig is om opwarming van de Aarde te voorkomen

Geacht college,

Met grote interesse hebben wij kennis genomen van uw recente raadsinformatiebrief[1] over CO2-monitor, de Klimaatimpactanalyse de daarbij bijgesloten klimaatrapporten van CE Delft. Het lezen van deze stukken bevestigt de urgentie die wij zien bij zien bij het gemeentelijk beleid met spoed in lijn brengen met de klimaatcrisis. Daarnaast roept e.e.a. bij ons de nodige vragen op t.a.v. de implicaties van het onderzoek op het gemeentelijk beleid. Daarom hebben wij de volgende vragen:

1. Bent u het met ons eens dat Den Bosch een evenredige bijdrage zou moeten leveren aan behalen van de doelen van het Klimaatakkoord van Parijs? Zo nee, waarom niet?

2. Bent u het met ons eens dat we ons gemeentelijke doel van klimaatneutraal zijn in 2045 breder behoren te bekijken dan enkel de CO2-uitstoot en dat verminderen van alle directe en indirecte uitstoot van broeikasgassen (niet enkel CO2) zeer relevant is voor deze doelstelling? Zo nee, waarom niet?

3. Vindt u het ook een goed idee om de gehele klimaatimpact van de gemeente, dus alle broeikasgasuitstoot (scope 1 t/m 3) en niet enkel CO2-uitstoot, in de beoogde jaarlijkse Klimaatimpactanalyse mee te nemen? Zo nee, is de gemeente bereid de, in dat geval misleidende, term Klimaatimpactanalyse te veranderen, naar bijvoorbeeld CO2-impactanalyse?

Radicale reductie van methaanuitstoot wordt gezien als één van de effectiefste ingrepen, ook vanuit het oogpunt van kosten, die we kunnen doen om onze Parijsdoelen te halen. Dit omdat methaan als broeikasgas op korte termijn een turbo-opwarmingseffect veroorzaakt, zeker 84 keer sterker dan CO2 over een periode van 20 jaar[2]. Zeer relevant gezien dat we binnen 6 jaar tijd de 1,5 graad opwarming waarschijnlijk al voorbij zijn[3] .

4. Ziet u ook de grote noodzaak om bij de Klimaatimpactanalyse apart de 'turbo-impact' van methaanuitstoot (direct en/of indirect) mee te nemen zodat specifiek gestuurd kan worden op het versneld reduceren van deze grote klimaatimpact die anders onder de radar blijft? Zo nee, waarom niet?

5. Heeft u zicht op welk gemeentelijk beleid (zoals het Datastadbeleid en het doel voor 25% meer bezoekers van de binnenstad in 2030) een grote klimaatimpact heeft? Zo ja, wat is de top 10 van het gemeentebeleid met de grootste klimaatimpact? Zo nee, bent u bereid om met spoed een top 10 van het gemeentebeleid met een grote negatieve klimaatimpact in kaart te brengen?

6. Waarom heeft het college de CO2-monitor van CE Delft (gedateerd op augustus 2023) ruim 5 maanden in de la laten liggen, ondanks herhaaldelijk verzoek vanuit de raad om het rapport te delen, terwijl de bijgesloten raadsinformatiebrief van het college geen toegevoegde waarde heeft om de conclusies van het rapport te duiden?

7. Hoeveel heeft het onderzoek van CE Delft (Publicatienummers: 23.220453.122 en 23.220453.122a) gekost?

8. Zou volgens u de gemeente er goed aan hebben gedaan om voor het in beeld brengen van de CO2-impact van de gemeente, in plaats van CE Delft in te huren, de eigen ambtelijke organisatie de openbare bronnen te laten raadplegen waaruit door CE Delft de CO2-voetafdruk van de gemeente is gekopieerd? Zo nee, waarom niet?

9. Welke van de maatregelen voor reductie van klimaatimpact die door CE Delft zijn geadviseerd aan onze gemeente heeft het adviesbureau niet eerder in openbaar beschikbare rapporten, die onze ambtenaren dus zonder kosten voor externen hadden kunnen inzien, aan andere gemeentes/overheidsinstanties geadviseerd?

10. In uw raadsinformatiebrief geeft u aan dat de opzet van de Klimaatimpactanalyse uitgewerkt wordt in overleg met de raadswerkgroep van de commissie Bedrijvigheid. Deze uitwerking van de Klimaatimpactanalyse is van groot belang voor onze gemeente gezien de enorme urgentie van het met spoed terugbrengen van de uitstoot van broeikasgassen. Bij de opzet van de Klimaatimpactanalyse bestaat de mogelijkheid om direct te sturen op opzet en inhoud. Het eventueel na publicatie agenderen van het onderwerp door een raadsfractie leidt er toe dat inbreng niet meer direct meegenomen wordt en zo de rol en invloed van de raad op achterstand gezet wordt. Daarnaast is transparantie aan inwoners van belang en zou sturing op dit onderwerp daarom in openbare vergadering moeten gebeuren. Bent u het met ons eens dat in de voorbereiding van de Klimaatimpactanalyse naast de werkgroep de gelegenheid geboden zou moeten worden aan de gehele gemeenteraad of de vertegenwoordiging van de partijen in de commissie Bedrijvigheid om in openbare vergadering inbreng te leveren op de opzet van de Klimaatimpactanalyse? Zo nee, waarom niet?

Wij kijken uit naar uw beantwoording, bij voorbaat dank.

Namens de fractie van Partij voor de Dieren,

Eileen Samshuijzen


[1] https://denbosch.notubiz.nl/document/13711332/4/RIB+Klimaatneutraal+in+2045+-+Van+CO2-monitor+naar+Klimaatimpactanalyse

[2] https://www.iea.org/reports/methane-tracker-2021/methane-and-climate-change

[3] https://www.nature.com/articles/s41558-023-01848-5

Indiendatum: 4 mrt. 2024
Antwoorddatum: 2 apr. 2024

Geachte mevrouw Samshuijzen,

In uw brief van 4 maart 2024 stelt u raadsvragen ex artikel 71 Reglement van Orde over de rapportage

van CE Delft en de Klimaatimpactanalyse (KIA).

Op deze vragen kunnen wij u het volgende antwoorden:

Vraag 1: Bent u het met ons eens dat Den Bosch een evenredige bijdrage zou moeten leveren aan behalen van de doelen van het Klimaatakkoord van Parijs? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Ja, voor zover dit binnen onze invloedsfeer valt.

Vraag 2: Bent u het met ons eens dat we ons gemeentelijke doel van klimaatneutraal zijn in 2045 breder behoren te bekijken dan enkel de CO2-uitstoot en dat verminderen van alle directe en indirecte uitstoot van broeikasgassen (niet enkel CO2) zeer relevant is voor deze doelstelling? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Nee. CO2-reductie vanuit de gemeente kan worden gerealiseerd op een beperkt aantal beleidsterreinen. Landelijk en Europees beleid heeft invloed op de bredere reductie. Als gemeente gaan we daar niet over.

Vraag 3: Vindt u het ook een goed idee om de gehele klimaatimpact van de gemeente, dus alle broeikasgasuitstoot (scope 1 t/m 3) en niet enkel CO2-uitstoot, in de beoogde jaarlijkse Klimaatimpactanalyse mee te nemen? Zo nee, is de gemeente bereid de, in dat geval misleidende, term Klimaatimpactanalyse te veranderen, naar bijvoorbeeld CO2-impactanalyse?

Antwoord: Nee. Doel is om de uitstoot waar we als gemeente direct invloed op hebben inzichtelijk te maken. Dat beperkt zich tot CO2. Dat is tevens een (belangrijk) broeikasgas die invloed heeft op het klimaat. De combinatie van CO2 als aanjager van klimaatverandering en onze direct invloedsfeer op broeikasgassen leidt tot de term klimaatimpactanalyse.

Vraag 4: Ziet u ook de grote noodzaak om bij de Klimaatimpactanalyse apart de ‘turbo-impact’ van methaanuitstoot (direct en/of indirect) mee te nemen zodat specifiek gestuurd kan worden op het versneld reduceren van deze grote klimaatimpact die anders onder de radar blijft? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Nee. Methaanuitstoot in de gemeente ‘s-Hertogenbosch komt vooral uit de veehouderij. Als gemeente hebben wij geen mogelijkheid om hierop te sturen. Hiervoor zijn wij afhankelijk van landelijk en Europees beleid.


Vraag 5: Heeft u zicht op welk gemeentelijk beleid (zoals het Datastadbeleid en het doel voor 25% meer bezoekers van de binnenstad in 2030) een grote klimaatimpact heeft? Zo ja, wat is de top 10 van het gemeentebeleid met de grootste klimaatimpact? Zo nee, bent u bereid om met spoed een top 10 van het gemeentebeleid met een grote negatieve klimaatimpact in kaart te brengen?

Antwoord: Ja, op CO2. De CO2 monitor laat zien dat gemeentelijk beleid op 4 punten uitstoot kan reduceren; mobiliteit, gebouwde omgeving, industrie en eigen vastgoed.


Vraag 6: Waarom heeft het college de CO2-monitor van CE Delft (gedateerd op augustus 2023) ruim 5 maanden in de la laten liggen, ondanks herhaaldelijk verzoek vanuit de raad om het rapport te delen, terwijl de bijgesloten raadsinformatiebrief van het college geen toegevoegde waarde heeft om de conclusies van het rapport te duiden?

Antwoord: De CO2-monitor vraagt om nauwkeurige opvolging. Hierbij hoort een eigen afweging van het college. Dat kost tijd. Hierbij speelde een rol dat het als gevolg van krapte op de arbeidsmarkt lang heeft geduurd voordat wij ambtelijke ondersteuning op dit dossier hebben gevonden.


Vraag 7: Hoeveel heeft het onderzoek van CE Delft (Publicatienummers: 23.220453.122 en 23.220453.122a) gekost?

Antwoord: €38.430,-.


Vraag 8: Zou volgens u de gemeente er goed aan hebben gedaan om voor het in beeld brengen van de CO2-impact van de gemeente, in plaats van CE Delft in te huren, de eigen ambtelijke organisatie de openbare bronnen te laten raadplegen waaruit door CE Delft de CO2-voetafdruk van de gemeente is gekopieerd? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Nee. Hierin was de afweging drieledig. De eerder genoemde tekorten op de arbeidsmarkt vraagt om scherpe keuzes binnen onze eigen organisatie. Voor de verdere uitwerking van de klimaatimpactanalyse is ambtelijk ruimte gemaakt. Daarnaast is CE Delft is een gerenommeerd onafhankelijk bureau met bijzonder veel kennis en expertise op klimaatverandering en de invloed die gemeenten hierop hebben. CE Delft geeft ons inzage in de scope van onze invloed. Dat was in deze efficiënter dan zelf het wiel uitvinden. Ook heeft CE Delft ons geholpen met het inzichtelijk maken van de impact van diverse beoogde beleidsmaatregelen.

Vraag 9: Welke van de maatregelen voor reductie van klimaatimpact die door CE Delft zijn geadviseerd aan onze gemeente heeft het adviesbureau niet eerder in openbaar beschikbare rapporten, die onze ambtenaren dus zonder kosten voor externen hadden kunnen inzien, aan andere gemeentes/overheidsinstanties geadviseerd?

Antwoord: CE Delft heeft specifieke aanpakken en specialistische kennis in huis. Slechts een zeer beperkt deel van de opgehaalde informatie is mogelijk op te halen uit openbaar beschikbare bronnen. Enkel de klimaatmonitor vanuit het Rijk geeft een zeer globaal beeld. Deze informatie alleen is onvoldoende om tot de CO2 monitor te komen.


Vraag 10: In uw raadsinformatiebrief geeft u aan dat de opzet van de Klimaatimpactanalyse uitgewerkt wordt in overleg met de raadswerkgroep van de commissie Bedrijvigheid. Deze uitwerking van de Klimaatimpactanalyse is van groot belang voor onze gemeente gezien de enorme urgentie van het met spoed terugbrengen van de uitstoot van broeikasgassen. Bij de opzet van de Klimaatimpactanalyse bestaat de mogelijkheid om direct te sturen op opzet en inhoud. Het eventueel na publicatie agenderen van het onderwerp door een
raadsfractie leidt er toe dat inbreng niet meer direct meegenomen wordt en zo de rol en invloed van de raad op achterstand gezet wordt. Daarnaast is transparantie aan inwoners van belang en zou sturing op dit onderwerp daarom in openbare vergadering moeten gebeuren. Bent u het met ons eens dat in de voorbereiding van de Klimaatimpactanalyse naast de werkgroep de gelegenheid geboden zou moeten worden aan de gehele gemeenteraad of de vertegenwoordiging van de partijen in de commissie Bedrijvigheid om in openbare vergadering inbreng te leveren op de opzet van de Klimaatimpactanalyse? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Nee. De wethouder heeft de toezegging gedaan aan de raad om de raadswerkgroep vooraf mee te laten denken. De werkgroep is onderdeel van het proces om tot een gedegen en gedragen klimaatimpactanalyse te komen. Het is een bewuste keuze gemaakt in de raadsinformatiebrief om de raad via deze route in positie te brengen. Tot slot is de KIA is het voorwerk om de politieke discussie te voeren, maar niet de discussie zelf.


Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

Hoogachtend,

Burgemeester en wethouders van ‘s-Hertogenbosch,

De gemeentesecretaris, De burgemeester,

drs. B. van der Ploeg drs. J.M.L.N. Mikkers