Schrif­te­lijke vragen gemeente Den Bosch in de start­blokken voor de transitie landelijk gebied?


Indiendatum: 30 jun. 2023

Den Bosch, 30 juni 2023

Betreft: vragen ex art. 71 R.v.O.

Onderwerp: gemeente Den Bosch in de startblokken voor de transitie landelijk gebied?

Geacht college,

“Ik ben blij dat we nu echt aan de gang kunnen”, zo geeft gedeputeerde Erik Ronnes aan1. Vanaf maandag wordt de uitkoopregeling voor piekbelasters opengesteld, later dit jaar volgen andere uitkoopregelingen en regelingen voor omvorming en extensivering van veehouderijen. De provincie zet in samenwerking met het Rijk een flink team van uiteindelijk zo’n 25 personen in om “de boer op te gaan”, en veehouders actief te ondersteunen en adviseren over of en hoe gebruik te maken van de landelijke regelingen. Gedeputeerde Ronnes verwacht dan ook dat er hiermee flinke veranderingen en keuzes in het landelijk gebied gemaakt kunnen en zullen gaan worden. Zal het nu dan echt gaan gebeuren, die doorbraak in de landbouwtransitie en de stroomversnelling in de transitie landelijk gebied waar iedereen zo’n behoefte aan heeft? De natuur, die zucht en kraakt onder de stikstofdepositie, de woningzoekende, wiens huis momenteel niet gebouwd kan worden, de astmapatiënt die lijdt onder de hoge concentraties fijnstof en niet te vergeten de dieren, die opgesloten zitten in de intensieve veehouderij en die als productiemiddelen onder erbarmelijke omstandigheden lijden in het korte leven dat hen gegund is. Gaat er voor al deze belanghebbenden nu die stap voorwaarts komen waar zij niet zonder kunnen?

Wij lezen dat deze stap voorwaarts onderweg is, maar dat een bottelnek de gemeentelijke capaciteit dreigt te worden. Zo geeft het Brabant Dagblad aan1: “De vraag wat wel en niet mag op een locatie ligt veelal bij gemeenten, die dan ook een enorme berg werk op zich af zien komen. Terwijl ze nu al vaak kampen met een gebrek aan ambtelijke capaciteit. Een groot knelpunt dreigt. ,,Als provincie hebben we mensen paraat staan, met name op het gebied van ruimtelijke ordening, om in een vroegtijdig stadium mee te denken met gemeenten”, zegt Ronnes daarover. Ook krijgen gemeenten extra geld vanuit het Rijk.”

Wij hebben hierover de volgende vragen aan u:

1. Herkent u zich in de aankondiging van de berg werk die op de gemeente afkomt op het gebied van ruimtelijke ordening, als gevolg van nieuwe invulling van het landelijk gebied?

2. Op dit moment al wordt regelmatig aangegeven dat de gemeente Den Bosch onvoldoende capaciteit heeft op het gebied van ruimtelijke ordening. Bent u met de provincie in gesprek over het werk dat vanuit de transitie landelijke gebied richting onze gemeente komt? Zo ja, welke mogelijkheden en oplossingen beoogt u hier gezamenlijk in?

3. Is onze gemeente klaar voor de werkzaamheden die vanuit de transitie landelijk gebied op ons af komen? Zo nee, wat gaat u doen om wel paraat te staan?

4. Wat is de visie van de gemeente Den Bosch ten aanzien van veehouders die een andere bedrijfsvoering beogen en die hiervoor ook in ruimtelijke ordening een wijzigingsverzoek bij de gemeente neerleggen? Welke kaders stelt u aan de mogelijkheden ten aanzien van de ruimtelijke ordening wanneer veehouders andere bedrijfsvoering beogen?

5. Gaat u binnenkort met de raad in gesprek over de visie van onze gemeente ten aanzien van de kaders voor ruimtelijke ordening in verband met de transitie landelijk gebied? Zo ja, wanneer mogen wij dit debat verwachten? Zo nee, waarom niet?

Wij kijken uit naar uw beantwoording.

Namens de fractie van Partij voor de Dieren,

Eileen Samshuijzen

1 https://www.bd.nl/eindhoven/stoppen-of-doorgaan-brabantse-boeren-krijgen-hulp-bij-ingrijpende-keuzes~a082067d/

Indiendatum: 30 jun. 2023
Antwoorddatum: 19 sep. 2023

Geachte mevrouw Samshuijzen,

In uw brief van 30 juni 2023 stelt u raadsvragen ex artikel 71 Reglement van Orde over de gemeente 's-Hertogenbosch in de relatie tot de transitie landelijk gebied. Op 7 juli 2023 is u in een e-mailbericht

namens ons college medegedeeld dat wij uw vragen vanwege het zomerreces niet binnen de in artikel 71, derde lid van het Regelement van Orde opgenomen termijn konden beantwoorden. In deze brief beantwoorden wij uw vragen .

Vraag 1:

Herkent u zich in de aankondiging van de berg werk die op de gemeente afkomt op het gebied van ruimtelijke ordening, als gevolg van nieuwe invulling van het landelijk gebied?

Antwoord:

We herkennen deze aankondiging . Reeds in 2016 heeft uw raad het "beleidskader voormalige agrarische bedrijfslocaties " vastgesteld. De eerst zin in dit beleidskader is: "De komende jaren is er een toename te verwachten van het aantal verzoeken voor hergebruik van voormalige bedrijfslocaties ten behoeve van een nieuwe functie." Dus reeds in 2016 werd de 'berg werk' verwacht , maar feit is dat die verwachting telkens deels naar de toekomst is doorgeschoven. De agrarische ondernemers moeten namelijk een besluit nemen over de toekomst van hun bedrijf en wachten daarbij vaak op de voorwaarden en kansen die Rijk en provincie nog moeten geven. Dit is een proces dat al jaren duurt en waarin we, met een demissionair kabinet, niet voorzien dat er snel voldoende duidelijkheid komt.

Vraag 2:

Op dit moment al wordt regelmatig aangegeven dat de gemeente Den Bosch onvoldoende capaciteit heeft op het gebied van ruimtelijke ordening. Bent u met de provincie in gesprek over het werk dat vanuit de transitie landelijke gebied richting onze gemeente komt? Zo ja , welke mogelijkheden en oplossingen beoogt u hier gezamenlijk in?

Antwoord:

We zien dat de ambities en opgaves op het gebied van ruimtelijke ordening groot zijn en stellen dan ook prioriteiten om die capaciteit zo efficiënt mogelijk in te zetten. Telkens weer wordt daarbij gekeken in welke mate daarin de juiste afweging moet worden gemaakt. De transitie van het landelijke gebied en de ruimtelijke vraagstukken die daaruit voortkomen worden meegenomen in die afweging. Voor de goede orde merken we wel op dat de werkzaamheden van de gemeente 's-Hertogenbosch in de transitie van het buitengebied vooral betrekking hebben op de taken en bevoegdheden op het gebied van ruimtelijke ordening. Ondersteuning aan agrarische ondernemers wordt hoofdzakelijk gegeven via regelingen van het Rijk en de provincie Noord­ Brabant. De provincie Noord-Brabant heeft ons samen met andere gemeenten hierover bijgepraat. De VNG heeft de Handreiking voor gemeenten Beëindigingsregelingen veehouderij en Aanpak piekbelasting 1_opgesteld over de rol van gemeenten. We blijven hierover in gesprek met de provincie.

Vraag 3:

Is onze gemeente klaar voor de werkzaamheden die vanuit de transitie landelijk gebied op ons af komen? Zo nee, wat gaat u doen om wel paraat te staan?

Antwoord:

Er is op dit moment geen sterke toename van vragen over de mogelijkheden bij functiewijzigingen of bedrijfsontwikkelingen ten opzichte van de periode ervoor. Als een functiewijziging van de agrarische bedrijven of een wijziging van bouwmogelijkheden aan de orde is, zal de gemeente het plan beoordelen en een planologisch besluit voorbereiden en vaststellen. Dit aan de hand van een concreet en goed uitgewerkt plan van de betreffende agrariër/ initiatiefnemer. De initiatiefnemer is zelf verantwoordelijk om dat in voldoende mate aan te leveren.

Vraag 4:

Wat is de visie van de gemeente Den Bosch ten aanzien van veehouders die een andere bedrijfsvoering beogen en die hiervoor ook in ruimtelijke ordening een wijzigingsverzoek bij de gemeente neerleggen? Welke kaders stelt u aan de mogelijkheden ten aanzien van de ruimtelijke ordening wanneer veehouders andere bedrijfsvoering beogen?

Antwoord:

De gemeentelijke visie op het buitengebied van 's-Hertogenbosch is beschreven in de vigerende 'Ruimtelijke Structuurvisie Stad tussen Stromen' uit 2014, de 'Structuurvisie Buitengebied Maasdonk' uit 2009 . Ons college bereidt een nieuwe gemeentelijke visie voor het buitengebied voor als onderdeel van de (nieuwe) omgevingsvisie .

Nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen worden getoetst aan de vigerende bestemmingsplannen en het ' Beleidskader voormalig agrarische bedrijfslocaties' uit juli 2016. Daarnaast is 's-Hertogenbosch bij het wijzigen van functies en/of bouwmogelijkheden gebonden aan strikte (wettelijke) kaders van provincie, Rijk en Europese richtlijnen. Die bepalen onder andere dat er bij functiewijziging in beginsel geen extra ruimtebeslag plaatsvindt en dat voor bepaalde functies extra compenserende maatregelen moeten worden getroffen.

Bestemmingsplannen zullen te zijner tijd worden vervangen door een nieuw door uw raad vast te stellen omgevingsplan, in lijn met de nieuwe omgevingsvisie. De provincie Noord-Brabant zal vanwege de transitie van de landbouw, maar ook vanwege andere opgaven zoals de energietransitie en wateropgave haar regels met betrekking tot het buitengebied (van 's-Hertogenbosch en elders in de provincie) in de komende jaren bijstellen en wijzigen. De eerste contouren van dit nieuwe beleid zijn terug te lezen in de 'Houtskoolschets Landelijk Gebied' van 14 maart 20232 op weg naar een eerste Brabants Programma Landelijk gebied (BPLG) eind 2023. Het BPLG richt zich op doelen voor natuur, water en klimaat in samenhang met een duurzaam en levensvatbaar perspectief voor agrarische ondernemers. Daarmee draagt het bij aan de transitie van het landelijk gebied, maar dekt het niet alle opgaven in het landelijk gebied. In het kader van het landelijke Programma NOVEX3 werkt de provincie aan de

ontwikkeling van een 'ruimtelijk voorstel' waarin alle opgaven op het gebied van klimaat

& energie, verstedelijking én landelijk gebied integraal worden afgewogen en samengebracht. Dit ruimtelijk voorstel vormt de opmaat voor aanpassing van het omgevingsbeleid en voor vervolgafspraken met het Rijk. De afwegingen die in het ruimtelijk voorstel worden gemaakt en verankerd in beleid, zullen richtinggevend zijn voor het definitieve BPLG (2024) de nieuwe provinciale Omgevingsvisie. In het ontwerp-BPLG (eind 2023) moeten de uitgangspunten van het nieuwe

bestuursakkoord worden verwerkt. Het nieuwe bestuursakkoord laat vooralsnog weinig tot geen substantiële wijzigingen in de koers voor het Brabants Landelijk Gebied zien, anders dan in de Houtskoolschets. Het landelijk Landbouwakkoord zou er in mei 2023 moeten liggen maar het is niet gelukt om dit akkoord te sluiten met de sector. Het Ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit komt nu met het Kabinetsplan Landbouw, dit plan neemt de provincie mee in de verdere planuitwerking .

Ook zullen nieuwe regels van het Rijk van invloed zijn op nieuwe initiatieven in het buitengebied. Lees daarvoor onder andere de Kamerbrief over nationale regie in de ruimtelijke ordening .4 Wij zien in dat als kaders zullen veranderen dit lastig is voor initiatiefnemers en andere betrokken partijen, maar beseffen ons dat dit onvermijdelijk is.

Vraag 5:

Gaat u binnenkort met de raad in gesprek over de visie van onze gemeente ten aanzien van de kaders voor ruimtelijke ordening in verband met de transitie landelijk gebied? Zo ja , wanneer mogen wij dit debat verwachten? Zo nee, waarom niet?

Antwoord:

Dit gesprek zal het college in het kader van de omgevingsvisie met uw raad voeren. Voor het proces van de omgevingsvisie verwijzen wij naar de raadsinformatiebrieven 'Uitnodiging werksessies omgevingsvisie ', 'Samen op weg naar de omgevingsvisie ' (reg. nr. 14550873) en Omgevingsvisie; concept Koersdocument - opstap naar gebiedsvisies (reg. nr. 14073559).

Hoogachtend ,

Burgemeester en wethouders van 's-Hertogenbosch,

De gemeentesecretaris, drs. B. van der Ploeg

De burgemeester , drs. J.M.L.N. Mikkers

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen Brabant van het slot: wel de lusten, niet de lasten?

Lees verder

Schriftelijke vragen goed voorbeeld doet volgen, aanpak autobesitas zoals in Duitsland en Frankrijk

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer